DE BOEVER Jan Frans

VENUS EN DE DRIE GRATIËN

Drieluik: olieverf op geprepareerd karton: 25 x 53 cm
2x gesigneerd rechtsonder en 1x linksonder

Schilder van genretaferelen, portretten en vrouwen; aquarellist en schilder van gouaches.

Jan Frans De Boever genoot zijn opleiding bij Théodore Joseph Canneel en Louis Tytgadt, wiens nicht hij in 1896 huwde. Hij debuteerde in het Academisme, maar bekeerde zich in 1908 resoluut tot het Symbolisme. De vrouw was zijn lievelingsthema. Het is bijzonder dat hij nooit echte naakten heeft geschilderd; in het merendeel van de gevallen dragen zijn naakten steeds enkele kledingstukken.

De vrouw wordt in De Boevers œuvre verleidster, uitdaagster of zelfs duivelin. Zij wordt steeds afgebeeld als minnares, heks of prostituee, offergave of godin. De man is altijd haar ondergeschikte.

De Boever was van 1900 tot 1932 professor tekenkunst aan de Academie van Gent.

Periode:
Gent 1872 - 1949
Belgische School

Musea:
Gent

Literatuur:
P. Piron, "Dictionnaire des artistes plasticiens de Belgique des XIXe et XXe siècles", Ohain 2011, Vol. 1, p. 306.